Interview met Sophie Reinders (1984), docente historische letterkunde aan de Universiteit Utrecht. Vorige week promoveerde ze cum laude op De mug en de kaars. Vriendenboekjes van adellijke vrouwen 1575-1640. Vantilt. 528 blz.
“Mijn boek gaat over de vriendenboekjes die rond 1600 opeens hip waren onder jonge adellijke vrouwen, vooral in Gelderland en Overijssel. Het bestaan van deze bronnen was wel bekend, maar er was nog nooit iemand de archieven ingegaan om eens te kijken wat er nog lag. Uit de ruim veertig boekjes die ik al met al gevonden heb, heb ik geprobeerd de leefwereld te reconstrueren van deze vrouwen, van wie we verder nauwelijks sporen hebben.
Ze zetten in elkaars albums allerlei deugdzame spreuken, motto’s, versjes en tekeningen, soms superuitgebreid en heel mooi, maar vaak ook heel slordig en onleesbaar: ik heb eindeloos in archieven onder tl-licht naar bladzijden zitten staren waar ik niet uitkwam. Ook verzamelden ze er bijdragen van verwanten en zelfs beroemdheden in: zo wist Rutghera van Eck prins Maurits te bewegen zijn familiedevies ‘Je maintiendray’ erin te schrijven, nou, dat was echt wel wat als je de allerhoogste edelman van het land in je boekje kon vangen. Verder maakten ze er gewoon plezier mee: ze schreven hun lievelingsliedjes erin, maakten grapjes rondom gedichtjes, losten rebussen op en reageerden op elkaar: het was ook gewoon vermaak.
Bij lezingen zeggen veel mensen: ik had vroeger ook een poesiealbum! Maar dit was echt heel anders. In mijn poesiealbum had iedereen een eigen bladzijde waarop je een standaardversje schreef en een glitterplaatje plakte: je piekerde er niet over om iets op iemands anders bladzijde te kliederen. Bovendien waren het rond 1600 geen meisjes van tien: deze vrouwen waren twintig.
Een ander belangrijk verschil is dat er ook veel mannen in schreven, vaak met liefdesliedjes, als signaal van: ‘Joehoe! Ik ben op de markt!’. Die trouwden dan soms inderdaad uiteindelijk met de eigenaresse of een van haar verwanten.
Als historicus moet je natuurlijk ongelooflijk oppassen met vergelijkingen, maar ik vind die boekjes erg op Facebook lijken. Ik deel met mijn zusjes liedjes van YouTube, zij schreven er liedteksten in; wij delen inspirerende citaten, dat deden zij ook. Fundamenteel is dat we op elkaar reageren. Het is gewoon leuk om liedjes, afbeeldingen, citaten en andere culturele snippers met elkaar te delen, dat is dus al honderden jaren oud.
Als ze trouwden, stopten ze meestal met hun boekje: het was niet gepast om als getrouwde vrouw een boekje bij te houden waarin mannen liedjes over smachtende minnaars schreven. Het was echt iets voor huwbare jongeren. Om in adellijke kringen een goede partner te vinden, was een goede reputatie ongelooflijk belangrijk. Als er over je geroddeld werd, deed je je familie oneer aan en dat was in adellijke kringen de ergste schandvlek, dat was zakken op de huwelijksmarkt. Je ziet de jonge edelen wel de grenzen opzoeken en af en toe een flirterige of lichtschunnige opmerking maken, maar het blijft allemaal binnen het betamelijke.
De titel van mijn boek, ‘De mug en de kaars’, verwijst naar een Frans gedichtje dat in bijna ieder album staat, soms wel drie keer. Met de strekking: zoals een mug (mot, vlieg of vlinder) zijn leven in gevaar brengt door het licht van een kaars te aanschouwen, zo brengt de minnaar zijn leven in gevaar door te kijken naar de schoonheid van een jongedame.
Het zegt veel over de rol van mannen en vrouwen: de vrouw is een statige, deugdzame kaars, die keurig recht overeind staat en de man is een plagerige mug die prikjes uitdeelt. Maar er zit ook een waarschuwing in: laat je niet leiden door hartstocht of verblinden door schoonheid, want dat is dodelijk. Als edele moet je vooral niet uit passie trouwen, want dan raak je op elkaar uitgekeken en moet je de goederen gaan verdelen. Huwelijk en liefde moeten in de eerste plaats gebaseerd zijn op vriendschap en gemeenschappelijke belangen. De grootste angst van ouders was dat hun dochter er met de stalknecht vandoor ging. In de genealogie werd dan genoteerd dat ze jong overleden was, dat was echt schande!”
EEN GEREDIGEERDE VERSIE VAN DIT INTERVIEW VERSCHEEN OP 24 JUNI 2017 IN