Recensie van Arjan Broers, De beste helft. Kunnen we behalve alsmaar ouder ook wat wijzer worden? Zilt, 157 blz.
Drie sterren
De schrijver
Arjan Broers (1969) studeerde theologie en religiestudies en werkte jarenlang als zelfstandig journalist, onder meer voor Trouw. Sinds 2020 is hij gecertificeerd coach en begeleidt hij mensen bij het onderzoek naar levensvragen. Daarnaast is hij pastor in de oecumenische kerkgemeenschap Dominicus in Amsterdam. Broers heeft twee zonen, met wie hij heel blij is.
De thematiek
Ja, en dan komt er halverwege je leven een moment dat je je à la Doe maar afvraagt of dit alles is. Je hebt het materieel aardig voor elkaar, maar je hebt jezelf wel een pijnlijke burn-out in gewerkt. Je beseft dat je als (ik citeer) ‘ouwe lul’ steeds minder past in een cultuur waarin jong, snel en rimpelloos de norm zijn en dat het vanaf nu alleen nog maar bergaf zal gaan, hoe vaak je ook de sportschool, kapper of botoxer bezoekt. Word je dan bitter en bang? Of kies je voor wijs? Maar hoe word je dat in een seculiere en individualistische prestatiecultuur die de traditionele overkoepelende verhalen over zingeving en betekenis aan de wilgen heeft gehangen?
Nu, daarover heeft Broers een hoop leerrijks gelezen en ook zelf ervaren. Dat brengt hem tot een wat raadselachtige definitie van wijsheid: ‘het vermogen om aanwezig te zijn in dit paradoxale en meerduidige bestaan en om gevend te leven’. Dus niks geen vluchten meer in de roes van werk of spullen, rigide zwart-witdenken, perfectionisme en een dik ik.
Het roer zal om: je niet meer schamen voor je kwetsbaarheid en opgelopen kreukels en deuken, loslaten, milder worden, je verbonden voelen met anderen en je verworvenheden met hen willen delen. Wat sowieso hard nodig is in de huidige cultuur, die volgens Broers in essentie puberaal is: hyperkritisch, emotioneel grillig, gericht op de korte termijn. Niks mis mee als je inderdaad nog geen twintig bent, maar als houding ongeschikt voor de transformatie naar een volwassen en evenwichtig leven waartegen je wel ‘ja’ kunt zeggen, inclusief alle pijn, compromissen en onoplosbare problemen die daar onvermijdelijk bij horen.
Opvallendste stelling
Broers put uit vele bronnen, van boeddhisme tot antroposofie en psychiatrie. Maar de Bijbel inspireert hem vanuit zijn katholieke achtergrond toch nog het meest; vooral met het verhaal over de rijke jongeling uit Marcus 10, die nog niet klaar was om afstand te doen van zijn bezittingen en aan de tweede, beste helft van het leven te beginnen.
Ander opvallend idee, vanuit Broers pastorale ervaring: vraag voor een zinrijk gesprek de ander eens niet naar wat die zou willen worden of bereiken, maar naar wat die zou willen geven en delen. Schijnt bij oud èn jong veel los te maken.
Mooiste zin
Die komt voor rekening van Leonard Cohen, uit zijn lied Anthem: ‘There is a crack in everything, that’s how the light gets in’ [In alles zit een barst, dat is hoe het licht naar binnen komt’; ML].
Redenen om dit boek niet te lezen
Wie David Brooks’ boek ‘De tweede berg. De zoektocht naar een zinvol leven’ (2020) en/of ‘Eindelijk volwassen. De wijsheid van de tweede levenshelft’ (2021) van Frits de Lange al heeft gelezen, zal van Broers niet echt veel wijzer worden. Daarnaast voel ik me lang niet altijd aangesproken als hij het over ‘wij’ en ‘ons’ heeft. Ook denk ik de eindstreep te halen zonder nieuwe rituelen, bioresonantie of de dynamische meditatie uit de school van Osho (voorheen Bhagwan).
Redenen om dit boek wel te lezen
Desalniettemin: het kan niet vaak genoeg gezegd en opgeschreven worden dat, waarom en hoe de jaren ook na je veertigste het leven waard kunnen zijn – ikzelf (65) bijvoorbeeld vind het er per saldo voorlopig alleen nog maar interessanter op geworden. En al geeft Broers grif toe dat je wijsheid niet uit een boekje kunt leren, zijn idee om bijvoorbeeld buiten de bubbel van je eigen generatie op zoek te gaan naar een ‘tochtgenoot’ om een tijdje ‘mee op te lopen’, lijkt me werkelijk niet verkeerd.