Interview met Carine Philipse, schrijfster van Jij zingt in mij Jouw naam (2013)
Vrijzinnig predikante Carine Philipse legde een overrompelende ervaring vast in haar Mystiek dagboek. “Ik hoop dat dit boek mensen helpt contact te leggen met de laag in henzelf waar zij God kunnen ontmoeten.”
Voluit heet ze Catherina Alexandrina. “Naar Catherina van Alexandrië,” vertelt Carine Philipse. “Ze leefde in de derde eeuw, onder keizer Maxentius. Ze was christen en heel erg goed onderlegd, waarschijnlijk een prinses. De keizer gaf haar opdracht om met vijftig heidense filosofen te debatteren, maar zij versloeg ze in het debat en bekeerde ze tot het christendom. Maxentius werd razend en liet haar opsluiten in de gevangenis. De keizerin, die in het geheim christen was geworden, ging op een nacht naar de gevangenis: haar cel baadde in een hemels licht.”
“Enfin, Catharina werd gemarteld op het rad in opdracht van Maxentius, maar de engelen kwamen en braken het rad. Vervolgens is zij onthoofd met het zwaard, maar de engelen kwamen en brachten haar lichaam en hoofd naar de Sinai, waar ze haar begroeven, waar nu nog het Catharinaklooster is. Ik vind dit zo’n prachtige legende!”
“Catherina is daarnaast bekend van haar visioenen over het mystieke huwelijk met het Christuskind. Ook is ze de beschermheilige van het boek en de filosofen. Ik herken heel veel in die legende. Ik heb mijn hele leven heel veel met engelen en heiligen gehad. Het lijkt wel of ik haar leven naleef. Dat is toch wel merkwaardig.”
Op 1 januari 2003 had u een mystieke ervaring. Wat gebeurde er toen precies?
“Ik zat die dag aan de keukentafel mijn dienst voor te bereiden over de doop in de Jordaan en had net opgeschreven: ‘Het jaar des Heren 2003. Moge het een gezegend jaar zijn’. En toen begon het. Het was een overweldigende ervaring van eenheid met God, waarbij mijn ik-gevoel volkomen verdween. Ik voelde dat ik direct door God werd aangeraakt, in God getrokken werd, totaal in Hem opging. Ik zat daar met mijn pen in mijn hand en ik heb alles letterlijk opgeschreven.”
“Het duurde een paar uur. En toen het voorbij was, had ik het gevoel: dit is mijn bestemming. Ik voelde me heel dankbaar. Ik heb daarna tegen God gezegd: ‘Ga nu Je gang maar. Doe maar met mijn leven wat Je wilt.’ Ik heb me totaal overgegeven. Daar is een heel intensief mystiek proces op gevolgd. Ook dat heb ik allemaal opgeschreven. Het stroomde gewoon uit mijn pen.”
Waarom net op dat moment?
“Ik had in het gebed altijd al de ervaring van eenheid met God, heel vreugdevol. Daarbij had ik het beeld dat ik een glazen schaal was, waarin God zich leeggoot. Die schaal werd steeds dunner. Wat er toen gebeurde was een verheviging ervan, een doorbraak. En ik was alleen; ik was net gescheiden. Als ik niet alleen was geweest, dan was er niet alle ruimte voor deze ervaring geweest, denk ik.”
Is het u daarna vaker overkomen?
“Nee, maar ik leef sindsdien helemaal vanuit de eenheid met God. Er is een voortdurend hartscontact. Ik voel dat ook fysiek: mijn hart gaat gloeien. En de laatste jaren, sinds mijn gezondheid heel slecht is, beleef ik dat ik deel heb aan het lijden van Christus. Dat is een heel intieme ervaring. Ik voel mij sterk verbonden met allen die lijden in onze wereld.”
Waar komt uw belangstelling voor mystiek vandaan?
“Ik kom uit een remonstrantse familie, maar bij ons thuis werd niet gebeden. Dat miste ik erg. Toen ik midden twintig was, vond ik bij mijn vriend in de kast toevallig een kaartenbakje met titels over het Jezusgebed en de woestijnvaders. Dit was waar ik naar op zoek was! De stilte, de contemplatie, de eenvoudige gerichtheid op God. In het gebed heb ik altijd al de eenheid met God ervaren, maar het etiket ‘mystiek’ heb ik daar nooit op geplakt.”
“Tijdens mijn studie theologie in Leiden heb ik wat dat betreft niets meegekregen. Toen ik eens op een college bij professor Berkhof begon over Augustinus’ uitspraak ‘Deus interior intimo meo’ (God is mij innerlijk meer nabij dan ik mezelf nabij ben), zei Berkhof: ´Jij staat aan een andere kant dan ik.’ Pas veel later, na de mystieke doorbraakervaring in 2003, ben ik mystieke schrijvers gaan lezen: Jan van het Kruis, Teresa van Avila, Ramakrishna, joodse mystiek. Vooral Meester Eckhart inspireert me.”
Uw broer, Herman Philipse, staat bekend om zijn uitgesproken atheïsme. Hoe reageerde hij op uw mystieke doorbraak?
“Mijn broer was, net als mijn moeder, erg geïnteresseerd en gefascineerd. Hij wilde graag van mij horen wat mij nou precies overkwam.“
Heeft hij uw boek gelezen?
“Ik heb het hem gegeven. Hij vond het er mooi uitzien.”
Heeft u zijn Atheïstisch manifest gelezen?
“Ik heb het doorgebladerd. Ik vind het zinloos om wetenschappelijk te willen bewijzen dat God wel of niet bestaat. De religieuze werkelijkheid kun je niet met behulp van de ratio uitdrukken. Je gaat toch ook niet proberen te bewijzen dat schoonheid bestaat?”
“Ik heb wel eens tegen hem gezegd: ‘Waarom doe je dit? Waarom verspil jij je kostbare hersenen hieraan?’ Maar we hebben geen discussies over het bestaan van God. Hij zegt altijd: ‘Jij bent veel te vrijzinnig, met jou kan ik toch niet discussiëren’. En verder vinden we het allebei erg grappig dat we, binnen één gezin, hierin zo sterk van elkaar verschillen.”
Jij zingt in mij Jouw naam is een bloemlezing uit uw dagboeken van 2003 tot mei 2005. In de inleiding schrijft u dat over enige tijd ook de complete dagboeken zullen verschijnen.
“Iemand heeft gezegd dat voor wetenschappelijke doeleinden mijn volledige dagboek beschikbaar moet komen. In ieder geval komt er een cd met de liederen die in mij opkwamen. Nu eerst dit boek. Overigens was ikzelf nooit op het idee gekomen om het uit te geven. Maar mijn collega Gideon van Dam en Hein Blommestijn, hoogleraar mystiek, van het Titus Brandsma Instituut in Nijmegen, hebben me ertoe overgehaald. Het idee van Hein en mijn uitgever is om het in tien talen te laten vertalen, om te beginnen in natuurlijk het Engels, maar ook in het Chinees.”
“Ik hoop nu dat dit boek de mensen helpt contact te leggen met de laag in henzelf waar zij God kunnen ontmoeten. Dat voel ik als mijn opdracht. Ik ben ervan overtuigd dat dit mystieke proces niet voor mijzelf bedoeld is, maar dat het door mij heen stroomt naar anderen, als een uiting van de liefde van God. Want het gaat niet om mij. Dat zou boven dit interview moeten staan: Het gaat niet om mij.”
Wie is Carine Philipse?
Carine Philipse (Den Haag, 1950) studeerde theologie en sociale wetenschappen in Leiden en was vijfendertig jaar vrijzinnig ziekenhuispredikant. Ze lijdt sinds haar twintigste aan steeds ernstiger chronische hoofdpijn, oorsuizingen en overgevoeligheid voor lawaai. Om die reden moest ze in 2011 haar werk opgeven.
Ze is de zus van de atheïstische filosoof Herman Philipse (1951), de schrijver van Atheïstisch manifest en De onredelijkheid van religie (1995/2004) en God in the Age of Science. A Critique of Religious Reason (2012).
Carine Philipse, Jij zingt in mij Jouw naam. Mystiek dagboek (bloemlezing) (2013). Discovery Books, 335 blz.
Een geredigeerde versie van dit interview verscheen op 4 januari 2014 in