Recensie van Marcus van Loopik, Kabbala als levenskunst. Op zoek naar eenheid en heling. Skandalon, 320 blz.
drie sterren
De schrijver
Marcus van Loopik (1950) is grafisch kunstenaar en als theoloog gespecialiseerd in de judaica. Hij promoveerde begin jaren ’90 aan de VU op het messianisme in de joodse liturgie; een recentere titel is ‘Balk en splinter’ (2011), waarin hij laat zien hoe de Bergrede ingebed ligt in het rabbijnse gedachtengoed uit Jezus’ tijd. Van Loopik is sinds maart 2017 lid van de liberaal joodse gemeente in Rotterdam.
De thematiek
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar bij ‘kabbala’ denk ik toch al gauw aan zinzoekende popsterren als Madonna, die met een rood wollen draadje om hun pols over het podium stuiven. Of, misschien wel vanuit een oude argwaan van antisemitische oorsprong, aan geheimzinnige joodse genootschappen van numerologen en tarotisten, waarmee we gevaarlijk dicht in de buurt komen van de waarzeggerij – iets waar een weldenkende ziel zich natuurlijk verre van houdt. Het maakt dus nieuwsgierig als er bij de gerenommeerde uitgeverij Skandalon een boek over dit onderwerp verschijnt van een gekwalificeerd en hoogst belezen theoloog als Van Loopik.
Kabbalist Van Loopik beschrijft aan de hand van een fraai chassidisch 18e eeuws sprookje waar het volgens hem in de joodse mystiek om draait. Het verhaal: een vooraanstaand man moet een verdwenen prinses terug naar het huis van haar vader brengen. De diepere, theosofische duiding ervan: de held doorloopt in een jarenlange speurtocht met vallen en opstaan alle fasen van een mystiek leerproces dat de heling van de gebroken mens en wereld als doel heeft.
Dat proces verloopt via een tiental goddelijke ‘emanaties’ (‘sefirot’) uit het spirituele model van Jitschak Loeria (1534-1572) van ‘de hemelse mens’. En dan hebben we het over bijvoorbeeld het zeer aardse ‘koninkrijk’ aan zijn voeten, de bipolaire ‘majesteit’ en ‘overwinning’ in zijn heupen, de ‘empathie’ en het ‘recht’ in zijn bovenlichaam en de ‘wijsheid’ en het ‘inzicht’ in zijn hoofd, waarboven zich dan een uiteindelijke, lege ‘kroon’ bevindt.
De kunst voor de rechtvaardige mens (de ‘tsaddiek’) is om op alle niveaus het juiste evenwicht te vinden. Maar dan nog zal het verhaal nooit een definitief gelukkig einde kennen, zolang de Messias nog op zich laat wachten. Wel brengt elk gevonden evenwicht diens komst iets dichterbij.
Opvallendste stelling
Veel religieuze symboliek dus, maar het stelsel is ook psychologisch interessant, weet Van Loopik. Want gaat het in psychotherapie en –analyse niet ook om zelfkennis, evenwicht en sublimering?
Ander opvallend punt is de grote waardering voor de cognitieve en intellectuele vermogens van de hemelse mens: ‘lernen’ is een immers een belangrijk onderdeel van de joodse traditie. En ook als wijsheid uiteindelijk toch boven ratio gaat, hoeven we volgens Van Loopiks kabbalistische levenskunst ons verstand en bewustzijn gelukkig niet op nul te zetten.
Programmatische zin
“Het is de taak van de mens en van de mysticus in het bijzonder, om hemel en aarde met elkaar te verbinden.”
Redenen om dit boek niet te lezen
Hoewel Van Loopik zichzelf veelvuldig herhaalt en parafraseert, leest hij bepaald niet makkelijk weg, zeker als u niets met paradoxen en abstracte algemeenheden hebt. Daarnaast blijkt kabbala nog altijd een mannelijk onderonsje te zijn: mystici hebben wel echtgenotes, maar zijn dat zelf zelden en de hemelse mens is vanzelfsprekend een met een fallus gezegende kerel. En of er nu echt zo’n holistisch, kosmisch verband bestaat tussen boven en beneden en tussen binnen en buiten als Van Loopik aanneemt?
Redenen om dit boek wel te lezen
Als u zich nog nooit in de joodse theologie en mystiek heeft verdiept: aan Van Loopik heeft u een intelligente en gedreven inleider, die er even goed voor is gaan zitten om in overwegend verstandige taal uit te leggen welke levenswijsheid zijn kabbala te delen heeft, ook met niet-joden. Het hoofdstuk over Loeria’s mystiek is eveneens zeer de moeite waard. Het mag in kabbala dan om het mysterie gaan, Van Loopik laat zien dat er toch heel wat aan te begrijpen valt.