Waar zijn de tanden van Mohammed gebleven?

Recensie van Robbert van Lanschot, De tand van de Profeet. Verhalen uit het islamitische labyrint. Balans, 372 blz.

Drie sterren


De schrijver

Robbert van Lanschot (1949) was diplomaat in onder meer Eritrea, Bosnië en Irak; tegenwoordig is hij schrijver en journalist, gespecialiseerd in het Midden-Oosten. In 2010 verkende hij in ‘Café Mogadishu’ het islamitische leven in Nederland, inclusief de verontrustende kanten daaraan. Ook was hij medeproducent van de documentaire ‘Afrikaanse bruid’ (2019), over een gepensioneerde Belgische sekstoerist in Kenia.

De thematiek

Zijn nieuwste boek start in Istanbul, als hij in het Topkapi Museum in een gouden doosje een snijtand van Mohammed ziet liggen, die de profeet in de Slag bij Uhud was kwijtgeraakt. De echtheid ervan lijdt geen twijfel, maar hoe is die tand daar terechtgekomen? Is het wel de enige die hij verloor? Waar zijn die andere dan gebleven? En hoe zit het met alle haren, soepkommen en voetafdrukken die hij achterliet? Welke status hebben dergelijke relieken binnen de islam? Zijn ze net zo heilig, geneeskrachtig of juist omstreden als de splinters van het Kruis en de beentjes van Sint Hildegard onder christenen?

Van Lanschot reist de halve wereld af voor de antwoorden daarop. Zo werpt hij in Istanbul een blik op de mantel die Mohammed gedragen heeft toen hij tijdens zijn hemelreis op audiëntie was bij God – maar of dat nou de enige echte is? Ook bezoekt hij in Jeruzalem het moskeetje met de ring waaraan Mohammed naar verluidt ooit zijn gevleugelde merrie Buraq vastbond. Maar waarom is het in Medina dan zo streng verboden om bij zijn graf te bidden?

Kandahar, Grozny, Bosra: geen stad is Van Lanschot te ver of te gevaarlijk, ook in oorlogstijd. En bijna overal weet hij gesprekken te regelen met eerbiedwaardige geleerden van uiteenlopende signatuur, die hem helaas niet met al zijn vragen kunnen (of willen) helpen, zoals waar die mysterieuze reliekverzamelaar Al-Khazraji toch uithangt.

Tussen alle avonturen door vlecht Van Lanschot het turbulente levensverhaal van Mohammed, zoals dat bekend is uit de overlevering en een aantal vroege biografieën. Daarbij schenkt hij (zelf ook een liefhebber) veel aandacht aan de vrouwen in Mohammeds leven: zijn moeder (ze stierf toen hij zes was), zijn min en het christelijke kindermeisje uit Abessinië dat hem na zijn moeders dood onder haar opvoedende hoede had.

Ook voorbij komen bekende en minder bekende verhalen over zijn vele (soms inderdaad schokkend jonge) echtgenotes, bijzitten of ook een enkele ‘gewone’ geestverwante. Van Lanschot probeert het allemaal zo neutraal mogelijk op te schrijven, al valt dat niet altijd mee als het gaat om oorlog en geweld, bijvoorbeeld als Mohammed afrekent met een verraderlijke Joodse stam of een kritische dichteres.

Opvallendste stelling

Geen idee of Van Lanschot als eerste deze stelling oppert, maar opvallend is ze zeker: nadat zijn gebit bij Uhud beschadigd was, zou Mohammed wel eens kunnen zijn gaan slissen. Het zou dus interessant zijn om te onderzoeken of een verwarring van s- en sj-klanken in zijn preken daarna misschien tot nog onontdekte theologische misverstanden heeft geleid.

Centrale zin

Over de kleurrijke, weinig orthodoxe biografie uit de achtste eeuw, waarop Van Lanschot Mohammeds levensbeschrijving baseert: ‘Je zou […] als niet-moslim – dat wil ik wel benadrukken, want voor moslims ligt het anders – ‘Het leven van Mohammed’ van Ibn Ishaq als een ultiem meesterwerk van magisch realisme kunnen zien, een boek dat met z’n achthonderd pagina’s minuscule lettertjes García Márquez tot kleine jongen reduceert.’

Redenen om dit boek niet te lezen

Van Lanschot etaleert in zijn gesprekken met lokale deskundigen erg graag zijn belezenheid en hij kan ook flink drammen. En al die aandacht voor de vrouwen in het verhaal is natuurlijk prachtig, maar waarom ze zo vaak gekleineerd tot ‘slavinnetjes’, ‘zangeresjes’ en ‘kwebbels’?

Redenen om die boek wel te lezen

Vooral Mohammeds hervertelde biografie is het lezen waard. Vlot geschreven, met een snufje ironie en zeker niet idolaat. Maar Van Lanschot laat wel zien welk uitzonderlijk charisma sterveling Mohammed moet hebben gehad en hoe dat mede dankzij een aantal betoverend sterke verhalen rond voorwerpen de eeuwen heeft overleefd.


EEN GEREDIGEERDE VERSIE VAN DEZE RECENSIE VERSCHEEN OP 30 MAART 2022 IN

logo Trouw