Recensie van Mariët Meester, Koloniekind. Opgroeien in het gevangenisdorp Veenhuizen. Arbeiderspers, 287 blz.
Veenhuizen. Dan denk je al gauw aan Suzanna Jansens bestseller en theatervoorstelling ‘Het pauperparadijs’, over hoe haar arme voorouders ooit in een goedbedoeld, maar jammerlijk mislukt experiment in de gezonde buitenlucht opgevoed moesten worden tot nuttige burgers. Aan ‘het gesticht’, waar later ook bedelaars en landlopers werden ondergebracht – sommigen gooiden, zo gaat het verhaal, zelfs expres een steen door de ruit van een politiebureau om maar gauw terug te mogen naar de ‘verpleging’ in deze kolonie in de kop van Drenthe. Heel anders lag dat toen Veenhuizen na de oorlog een Penitentiaire Inrichting voor langgestraften werd: vooral de strafcellen in het gebouw De Rode Pannen (nu museum) werden gevreesd door gevangenen in het ganse land. Bij een boek met de titel ‘Koloniekind’ zet je je dus al schrap voor een grote dosis ellende en schaamte over dat we daar toen van weg hebben gekeken. Lees verder