Mag de hond mee naar de hemel?

Recensie van Catherine Wolff, Hierna. Een cultuurgeschiedenis van de hemel. Uit het Engels vertaald door Kees de Wildt. KokBoekencentrum, 321 blz.

Drie sterren


De schrijver

De Californische Catherine Wolff (1952) begon als lerares kunstgeschiedenis en werd vervolgens maatschappelijk en pastoraal werkster, onder andere aan de Stanford universiteit. Naar aanleiding van de schandalen in de katholieke kerk redigeerde ze eerder de bundel Not Less Than Everything: Catholic Writers on Heroes of Conscience from Joan of Arc to Oscar Romero, met essays over voorbeeldige en standvastige gelovigen die overhoop lagen met de kerkelijke autoriteiten.

De thematiek

De mensheid moet het zich al sinds den beginne hebben afgevraagd: is er leven na de dood? Hoe ziet dat er dan uit? En waar is dat dan? Komt iedereen daar vroeg of laat terecht? En is het hemels of hels? Wat kun of moet je doen (en laten) om als dode gelukzalig dan wel voor eeuwig verdoemd te worden? Catherine Wolff zelf vertrouwt als christen op een hiernamaals dat de meesten van ons wel bekend zal voorkomen: wie het hier op aarde niet al te bont heeft gemaakt, wordt na de dood herenigd met al overleden familie en vrienden en heeft heerlijk de tijd om met een kruik wijn erbij eens helemaal bij te praten. Plus het christelijke vooruitzicht op de opstanding en hopelijk een eeuwig leven in het koninkrijk van God.

Maar Wolff is ook heel nieuwsgierig naar hoe anderen ertegenaan kijken. Hoe hemelden de neanderthalers bijvoorbeeld? Oervolkeren? Wat verwachtten de Egyptenaren van gene zijde? Wolff neemt de halve wereld- en religiegeschiedenis erop door, van het zoroastrisme naar de Grieken, van een aantal vormen van joden- en christendom en islam tot en met hindoeïsme en boeddhisme (maar vreemd genoeg geen woord over de toch ook Amerikaanse voodoo of het noordse Walhalla). En het eind van de creatieve ideeën over een onsterfelijke ziel is voorlopig niet in zicht, blijkens recentere variaties als spiritisme, kwantumverbindingen, vliegende schotels en kunstmatige intelligentie.

Opvallendste stelling

Er valt inderdaad fantastisch te speculeren over het hiernamaals. Over of we daar nog (eeuwig jonge?) lichamen hebben, kinderen kunnen krijgen of uitsluitend geest of lichtdeeltjes zijn. Of we er gestraft of beloond worden voor ons aardse gedrag of dat het puur een zaak van genade is. Nog contact kunnen hebben met nabestaanden. Kunnen reïncarneren en hoe lang we daar dan voor in de wacht moeten staan. Er via visioenen of na diepe meditatie soms al een extatisch voorproefje van kunnen krijgen.

Wolff neemt alle theorieën even serieus, al ziet ze weinig heil in hemels waarin vrouwen alweer op de tweede rang zitten of in het verhaal bij de astrale uittredingscursus die ze voor haar onderzoek heeft gevolgd. Maar dat het hiernamaals bestaat, dat lijdt voor Wolff geen twijfel, getuige alle verhalen over bijna-doodervaringen, mystieke samensmeltingen met een oneindig goddelijke liefde en de reizen van wie er geweest zijn, zoals Gilgamesj, Henoch, Juliana van Norwich, Mohammed en Dante.

Centrale zin

“Waarom zou de voorbereiding op het hiernamaals, die duidt op hoop en verwachting, niet kenmerkend voor de mens kunnen zijn?”

Redenen om dit boek niet te lezen

Natuurlijk, de hemel en de mystieke ervaring daarvan schijnen het hele universum (en nog meer) te omvatten. Maar als je wilt dat je lezers je boek uitlezen, kun je je beter beperken tot je hoofdzaken en moet je hen niet te vaak lastig vallen met onbelangrijke bijzaken, zoals opsommingen van tig soorten yoga.

Redenen om dit boek wel te lezen

Ook als u er niet in gelooft: de verbeeldingen van het hiernamaals die Wolff in al haar onbevangenheid heeft verzameld, zijn grenzeloos creatief: geruststellend of angstaanjagend, soms bizar en niet zelden vermakelijk, bijvoorbeeld rond hoogst praktische vragen of de hond mee mag en of je van al dat hemelse eten en drinken nog naar de wc moet. Dus als u wilt weten waarvan veel mensen in het diepst van hun hart dromen (of nachtmerries hebben), dan hebt u aan Hierna een zalig boek.


EEN GEREDIGEERDE VERSIE VAN DEZE RECENSIE VERSCHEEN OP 29 SEPTEMBER 2021 IN

logo Trouw