Sikhs: Gods licht in de ander zien

Sikhs in Nederland – een reportage


Je waant je maar zo in India als je op een zonnige zondag in Den Haag voor een sneeuwwit gebouw met sierlijke uivormige koepels staat. Is het een hindoeïstische tempel? Een moskee? Nee, het is een ‘gurdwara’, een sikhtempel en de Haagse gelovigen die dit gebedshuis helemaal uit eigen zak hebben laten bouwen, zijn er maar wat trots op. Binnen is het een levendige boel: er stuiven kinderen trap op en af en op de grond van een grote zaal zitten zeker honderd mensen gezellig te eten, terwijl anderen af en aan lopen om iedereen te voorzien van pittige groenteloempia’s, servetten en gekruide thee met melk.

Door het geroezemoes en de kinderstemmen heen klinken geluidsflarden van gezangzegde verzen in wat oud-Punjabi blijkt te zijn en de kleurige kleding van de vrouwen en meisjes is een feest voor het oog, net als de kunstig gevouwen tulbanden van veel mannen, vaak met eerbiedwaardig lange, grijze baarden. Maar er zijn ook opvallend veel jongeren met een simpel oranje piratendoekje om hun hoofd.

Van kaft tot kaft

Zo druk als nu is het niet elke zondag, vertelt Jasvir Singh (25), die een baan heeft bij het Ministerie van Financiën. Maar onlangs is er een sikh-meisje achttien geworden en dat wilden haar ouders vieren met een ‘Akhand Path’, een dankbaarheidsceremonie van drie dagen, waarin alle 1430 poëtische pagina’s van de Goeroe Granth Sahib, het heilige boek van de sikhs, van kaft tot kaft worden gereciteerd. Waarbij de inwendige mens allerminst vergeten wordt, want alle aanwezigen worden het hele weekend verwend met vegetarische maaltijden uit de royale tempelkeuken.

Ook boven, in de gebedsruimte, zit iedereen op de grond naar de verzen te luisteren; de vrouwen links, de mannen rechts en niemand kijkt moeilijk als een watervlug kleutertje rondjes om het altaar rent en met de giften in de offerschaal speelt. Afgezien van de kleuren is de zaal welhaast protestants sober: er is geen beeld te zien, zodat alle aandacht uit kan gaan naar het heilige boek, dat voorin de zaal onder rijk versierde doeken en een afdak op een troon ligt, terwijl een priester de schrijn plechtig toewuift met een harige waaier.

Wat houdt dat in, het sikhisme? Waarom weten we er zo weinig van? Waarom komt het maar zo zelden in het nieuws, zoals onlangs in de talkshow van Beau van Ervens Dorens, waarin hij zijn excuses aanbood voor een pijnlijke grap over de Goeroe Granth Sahib? Jasvir: ‘Die onbekendheid komt natuurlijk vooral doordat we hier in Nederland maar heel kleine gemeenschap zijn. En daarnaast gaan sikhs na hun werk meestal meteen naar huis.’ Ook het feit dat elke bekeringsdrift hun vreemd, zelfs verboden is, zal meespelen. Maar als al je ernaar vraagt, vertelt Jasvir graag over zijn geloof, waardoor ik al gauw een beeld krijg van hoe enthousiast hij de zaterdagschool van de gurdwara leidt en de jeugd van de Schilderswijk helpt bij cito-toetsen en studiekeuze.

Recht op onderwijs

Maar toch: die tulbanden, die baarden, de zwaarden in het logo, de dolken die sikhs dragen – de link met een Deens cartoon is gauw gelegd. Jasvir: ‘Ik vind het heel jammer, pijnlijk ook dat tulbanddragers op straat worden uitgemaakt voor terrorist en Bin Laden. In mijn geloof gaat het namelijk vooral over hoe je Gods licht in elke ander kunt zien.’ En over gelijkheid en tolerantie, over het eeuwenoude recht op onderwijs voor iedereen, ja, ook voor meisjes. Over het belang van zelfkennis en meditatie, over nederigheid en vrijgevig delen met elkaar en waarom sikhs elke week op het Malieveld eten uitdelen aan wie dat nodig heeft.

Ook de koning op de grond

Dan even een lakmoesproef: hoe zit het met de vrouwen in deze Haagse gurdwara? Als gedoopte sikh mag ze inderdaad tijdens de dienst uit de Goeroe Granth Sahib voorlezen, maar in een commissie zitten, dat is meer iets voor de oudere mensen, vindt Jaswant Kaur Singh: ‘Maar als er iets georganiseerd moet worden, geven wij wel onze ideeën van: zo kan het beter.’ Voorlopig heeft ze het echter naast haar werk bij Post-NL al druk genoeg met haar jonge gezin, net als haar zus, beveiligster Pavittar Kaur Singh en registeraccountant Navdeep Kehal-Singh.

En wat vinden ze het mooiste aan hun geloof? Pavittar: ‘Dat iedereen hier gelijk is, dat als de koning zou komen, hij gewoon tussen iedereen op de grond moet zitten.’ Navdeep: ‘Dat onze internationale hulporganisatie Khalsa Aid altijd aanwezig is bij humanitaire rampen, dat we ook hier gecollecteerd hebben om ter plekke in Syrië eten uit te delen aan vluchtelingen, dat mensen van hier met hun eigen auto hulpgoederen naar de grens van Oekraïne zijn gaan brengen. Dat vind ik het mooiste aan sikh zijn.’


Sikhisme

Het sikhisme is ontstaan rond 1500 in Punjab, in het noorden van India. Het streeft naar de spirituele samensmelting van de mens met de ene almachtige God, die leeft in iedereen, ongeacht religie, ras, kaste of sekse. Anders dan het hindoeïsme is het sikhisme strikt monotheïstisch en beeldloos; het erkent geen kasten en verwerpt veel hindoerituelen als bijgeloof. Ook onderscheidt het zich duidelijk van de islam: mannen en vrouwen hebben er dezelfde rechten in het huwelijk en de eredienst, waarin dus ook vrouwen kunnen voorgaan, al komt dat in de praktijk weinig voor.

Een goede sikh verdient de kost met eerlijk en hard werk, sticht een gezin, probeert niemand te bekeren en stelt zich dienstbaar op. Dat laatste blijkt bijvoorbeeld uit het gebruik dat iedereen (ook niet-sikh) altijd welkom is voor een gratis (vegetarische) maaltijd in de gurdwara, die daarom altijd een grote keuken en eetzaal heeft.

Sikhmannen herkent u vooral aan hun baard en tulband, waaronder zij hun lange haren verbergen; sikhvrouwen dragen hun haar in het openbaar vaak juist los. De meeste sikhs weigeren zich te scheren of hun haar af te knippen, daar God de mens met haargroei geschapen heeft. Maar er zijn ook steeds meer sikhmannen die hun hoofdhaar kort houden en hun baard regelmatig trimmen.

Prinsessen en leeuwen

Gezichtsluiers voor vrouwen zijn uitdrukkelijk verboden. Wel zijn er buiten India steeds meer jonge vrouwen die besluiten ook in het openbaar hun haar te bedekken. Sikhvrouwen krijgen bij hun doop de naam ‘Kaur’ (prinses) erbij, de mannen worden dan ‘Singh’ (leeuw), als dat al niet in hun familienaam zat.

Een vrome sikh bidt en mediteert meermalen per dag, is vegetarisch, rookt niet en drinkt geen alcohol. De leefregels voor gedoopte sikhs zijn streng, wat wellicht verklaart waarom sikhs zich vaak pas op latere leeftijd, na hun pensioen, laten dopen.

Een verplicht attribuut voor gedoopte sikhs is de ‘kirpan’, een krom dolk dat symbool staat voor de bereidheid om tegen onrecht te vechten. Sikhs zijn vermaarde krijgers. In de Tweede Wereldoorlog vochten ze mee in de Britse legers bij Maastricht en Eindhoven; in Indonesië hebben ze een aantal jappenkampen bevrijd en tijdens de roerige ‘bersiap’-tijd beschermden ze de Nederlandse burgerbevolking tegen woedende Indonesiërs.


Sikhs in Nederland

In Nederland wonen zo’n 15.000 sikhs, die hier sinds de jaren ‘60 vanuit Afghanistan, Pakistan en India kwamen op zoek naar werk of op de vlucht voor de Sovjets, de taliban of de wraakzuchtige aanhangers van Indira Gandhi, nadat zij in 1984 door haar sikhlijfwacht was vermoord. Ons land telt inmiddels negen gurdwara’s.

De laatste tijd trekken vrome sikhs vanuit Nederland ook verder naar Groot-Brittannië en Canada, omdat ze daar in overheidsdienst wel een tulband mogen dragen, er minder vaak voor moslim worden aangezien en hopen dat hun kinderen daar minder gepest worden.


Op zondag 22 mei is er tussen 10.00 en 16.00 uur bij de gurdwara in Almere-Haven voor het eerst sinds twee jaar weer een Nagar Kirtan, een feestelijke straatprocessie waarin de Goeroe Granth Sahib wordt rondgedragen; Gerrit-Jan KleinJan schreef erover in 2017.


EEN GEREDIGEERDE VERSIE VAN DEZE REPORTAGE VERSCHEEN OP 21 MEI 2022 IN

logo Trouw


Zie ook mijn verslag van een HUWELIJKSCEREMONIE IN EEN GURDWARA in New Delhi in 2018