Recensie van
-
Sarah Watling, Morgen misschien de toekomst. Schrijvers en rebellen in de Spaanse burgeroorlog (vertaald door Mariella Duindam, Athenaeum, 439 blz.) en
-
Virginia Cowles, Op oorlogspad (vertaald door Auke Leistra, Arbeiderspers, 568 blz.)
Dik honderd jaar geleden, in 1918, wist Europa het zeker: het moest nooit weer oorlog worden. De Volkenbond werd opgericht, de democratische toekomst lonkte, het zou voortaan vrede zijn. Maar achttien jaar later ging het alweer mis in Spanje, toen een coalitie van socialisten, anarchisten en communisten de verkiezingen gewonnen had en voortvarend aan de privileges van adel, kerk en kapitaal was gaan tornen.
Generale repetitie voor WOII
Waarop generaal Franco in juli 1936 een greep naar de macht deed. Het werd een burgeroorlog van bijna drie jaar, waarin de (linkse) Republikeinen en de (rechtse) Nationalisten elkaar bevochten, fronten heen en weer golfden, steden en dorpen veroverd, verloren en heroverd werden. Of regelrecht verwoest, zoals op 26 april 1936 het Baskische stadje Guernica, door Duitse en Italiaanse bommenwerpers. Lees verder →